Hoe het allemaal begon

Eigenlijk moet ik teruggaan naar een bizarre vrijdagavond in maart 2008 toen een ordinaire quizavond uitdraaide op een verrassingsaanval van Koen Wauters en een bende VTM-medewerkers. In plaats van achter een saaie quiztafel, belandde ik op een varken op het Lierse Zimmerplein in prime time televisie. Na een halve minuut wat onnozel heen en weer te schudden, kreeg ik van Koen Wauters en Herman De Croo te horen dat ik meer dan € 3000 gewonnen had. Bedankt VTM, Geert en vooral broerke om me achter mijn rug in te schijven! Na een paar maand moet je dan besluiten om toch iets speciaals met die centen te doen en waarom dan geen nieuwe koersfiets aanschaffen met alles erop en eraan? Fietsen Mintjens, here I come, een verse carbonnen Koga-Miyata alstublieft!

2009 moest het jaar van de verbeterde conditie worden, na jaren aanmodderen. Ik schreef me in bij de VWB en vond een soul mate in mijn collega Peter VM om elke week opnieuw zaterdags de semi-klassiekers te trotseren. Vanaf februari vlogen we erin, elke week meer dan 100km. Overal hebben we gezeten, van Vlissingen tot Waver, van Oudenaarde tot Valkenburg. En of we ons geamuseerd hebben. Als tegenprestatie voor de (weinige) keren dat ik Peter eraf reed op de Patersbergen en Caubergen van deze wereld, ging ik met hem de Antwerp 10 Miles en de Halve Marathon van Brussel wel meelopen dat jaar, tegen beter weten in.

Tijdens de talloze surfsessies onder de middag op het werk, hadden we plots een nieuwe uitdaging gevonden. De aflossingstriatlons van Antwerpen en Mechelen. Met een ploeg van 3 enthousiastelingen een kwarttriatlon afleggen. Peter ging zijn looptalent ten toon spreiden, ik ging me platleggen tussen mijn fietsstuur en een zwemmer die vonden we wel. Voor Antwerpen huurden we een kennis van een kennis in en voor Mechelen rekenden we op een verse collega van het werk, gelegenheidstriatleet Jeroen. Rot geamuseerd hebben we ons, en we hebben het nog goed gedaan ook. 14e in Antwerpen en net in de helft van de 250 deelnemende teams in Mechelen.

Omdat we dit soort wedstrijden wel meer wilden doen, wou ik graag een opzetstuurtje voor mijn fiets en ik vond een leverancier in Kapellen. Ik er langs, een beetje gebabbeld, vooral over mijn gebrek aan zwemtechniek om echt triatlon te doen, en toen vertelde hij me om de voorzitter van BrTC een belletje te geven. Vanaf oktober 2009 was er een programma speciaal voor volwassenen die met triatlon wilden starten. Elke week een uur effectieve zwemles en verder loop- en fietstrainingen op ieders niveau. Voor ik het goed en wel besefte stond ik elke maandagavond in een koud en nat park van Brasschaat en lag ik ‘s woensdags om 21u in het zwembad te spartelen.

Schoolslag kon ik heel goed, daarmee liet ik de hele meute lotgenoten achter mij, maar crawl, man man, allemaal sneuvelden we na 10 meter al, plankjes en pull buoys ten spijt. Hoe zou dit ooit goed komen!? Maar we hadden een leuke groep en de lessen waren echt heel goed. Eén voor één en rustig aan, begonnen we die vreselijke zwemslag onder de knie te krijgen. We geraken zowaar aan de overkant van het zwembad! En met ons plankje en enkel beenslag heen en weer zonder een beademingstoestel nodig te hebben. Veel geduld hebben ze met ons gehad, maar uiteindelijk na een paar maanden was de angst voor dat zwemmen veel minder en die droom om een triatlon mee te doen werd realistischer.

Buiten het leren zwemmen, was ik in de winter aan een andere uitdaging begonnen. Medebeginnend clubgenoot Peter P droomde ervan om nog eens marathon te lopen tijdens zijn symbolisch 42e levensjaar. Overmoedig dat ik was na die dekselse halve marathon van Brussel (2u05), besloot ik met hem erin te vliegen. Op 25 april 2010 zouden wij in Antwerpen die 42,195km trotseren. 

Trainen, trainen en nog eens trainen, met vallen opstaan, maar ik zou de marathon halen, en leren zwemmen, en liefst nog in 2010 in Mechelen de kwarttriatlon meedoen (alleen deze keer, niet meer in aflossing). En hoe dat allemaal afliep, vind je hier op de site. Verslagen foto’s, kalender, blogs, ...

Oh ja, begin maart had ik een afspraak bij sportcentrum Nottebohm om een fysieke test te ondergaan. “Mensen als u zie ik graag komen”, zei Luc, “hun leven overhoop gooien en besluiten voor de sportieve uitdaging te gaan.” Daar loodrecht tegenover stonden de resultaten natuurlijk. 

Nog veel te veel vet, veel te weinig gefietst in de winter, en nog geen profiel voor een duursporter. Sprinttriatlons en kwarttriatlons moesten wel lukken, maar voor echte duursporten was mijn lichaam nog te veel aan het veranderen. Veel eten en drinken en op lage hartslag trainen was het devies, en volgend jaar zullen de resultaten er helemaal anders uit zien. Ik had de arme man toen niet verteld dat ik enkele weken later een marathon ging lopen, ouch! Het grappige was vooral dat Luc vrolijk zat te picknicken in het Rivierenhof toen ik voorbij de 30km liep tijdens die marathon op 25 april. 

Ik had tijdens mijn bezoek aan Nottebohm ook nog een afspraak met Dr Bogaerts voor mijn allergie. Al sinds mijn jeugd kampte ik met ademhalingsproblemen en toen was de diagnose huismijtallergie. Dr Bogaerts dacht echter dat er meer aan de hand was. Enkele ziekenhuisbezoeken en tests later, bleek ik astma te hebben. Gelukkig geen inspanningsastma maar allergische astma voor zowat alles wat je kan inbeelden. Met de gepaste medicatie en een document indien ik een dopingcontrole zou tegenkomen, kon ik verder.

... en zo zijn we begonnen aan een triatlonavontuur met als droom om ooit een Ironman af te leggen ... uiteindelijk zou het allemaal snel gaan en niet bij 1 blijven ...