Elk zichzelf respecterend blog doet tegenwoordig wel eens beroep op gastbloggers. Dat van Kris is uiteraard geen uitzondering, vandaar deze gastbijdrage van mezelve.
Voor zij die mij niet kennen, ik ben Hans. 29, getrouwd, papa van twee dochters (3 jaar en 15 maanden), osteopaat, docent en triatleet. In die volgorde (niet onbelangrijk).
Na een pijnlijke confrontatie met mijn fysieke paraatheid door mijn broers in de Sterke Peer triowedstrijd van 2013, besloot ik dat daar dringend iets aan moest gedaan worden. Sindsdien train ik onder de begeleiding van Kris en heb ik vooral plezier gevonden in het iets langere werk van de halve triatlon. Na een hele zware ervaring in Terheijden, waar de onverwachte warmte me serieus parten speelde, beslisten we samen om de halve van Eupen nog aan het programma toe te voegen.
Het ondertussen beruchte verkenningsritje waarin Kris wat Eupens asfalt verzamelde, was mijn eerste kennismaking met het fietsparcours. Volgens de ervaren rotten peanuts vergeleken met de jaren ervoor, voor mij toch echt wel zwaar genoeg. Achteraf gezien was het misschien een geluk dat onze geplande verkenning van het loopparcours door de elleboog van Kris gedwarsboomd werd. Gelukkig kon ik op zaterdag voor de wedstrijd het parcours nog een keertje fietsen en dat stemde me toch iets geruster. Zwaar zou het zeker worden, maar mits voldoende doseren zou ik het wel overleven.
Na een behoorlijke nacht in de jeugdherberg van Malmedy, een vlotte voorbereiding ter plaatse dankzij m’n twee broers/soigneurs en de nodige fijne babbeltjes met de clubgenoten mochten we het water in. Geen straf zo bleek, want rond 10u was het zonnetje al danig van de partij en dan loopt de temperatuur in zo’n wetsuit snel op. Even genieten van het knappe uitzicht op de barrage, op de tonen van The Conquest of Paradise nog een paar keer diep ademen en dan was ik vertrokken voor een kleine 6u amusement.
Ondanks een klein akkefietje met mijn zwembril halverwege ging het zwemmen me goed af. Direct een goed ritme te pakken en ruimte om te zwemmen. Na de 2de bocht van 90° kwam er een hele hoop atleten 15m links van mij te liggen, waardoor ik even in de war was over te volgen richting, maar na een keer of 3 controleren was ik toch overtuigd van mijn eigen gelijk. En terecht :-). Na 34’49 stapte ik als 132ste uit het water en mocht ik aan de korte steile klim naar de wisselzone beginnen. Na een rustige wissel met het nodige zwalpen door wat duizeligheid kon ik de fiets op om aan het stevige fietsparcours met iets meer dan 1000 hoogtemeters te beginnen. Doseren zou daarin het codewoord worden.
Ik ben er ondertussen al aan gewend dat ik door mijn redelijk zwemniveau in verhouding tot m’n fietsniveau door behoorlijk wat volk voorbij geknald wordt. Ik trek me er ondertussen niet teveel meer van aan, maar rijd m’n eigen wedstrijd. Halverwege de eerste ronde kan ik aanpikken bij een dame die (naar mijn aanvoelen op dat moment) een tempo rijdt dat ik kan volgen. Bij de tweede beklimming van het lange vals plat in het parcours werd echter duidelijk dat dat geen optie zou zijn voor de resterende 55km. Dus maar terug een eigen tempo zoeken. Ik speelde een tijd haasje-over met een rasta-atleet die net voor mij uit het water kwam en ongeveer mijn fietsniveau had, dacht eraan om voldoende te eten en begon me mentaal voor te bereiden op de laatste fietsronde, die nog stevig zou worden. Het lang stuk vals plat leek te blijven duren, recupereren op datzelfde stuk terug bergaf was ook niet echt nog een optie en de benen begonnen pijn te doen in de beklimmingen.
Na 2u57 fietsen kwam ik terug de wisselzone binnen. Er hingen al behoorlijk veel fietsen op de haak, ik had met een 213de fietstijd zo’n 50 plaatsen verloren. Voor wat het waard is… Nog snel wat ORS naar binnen spelen, en beginnen aan het laatste gedeelte. 21km lopen, 3 rondes, 310 hoogtemeters per ronde. Aangezien ik in vorige wedstrijden de fout maakte om mijn loopcapaciteiten te hoog in te schatten en een te scherpe tijd als doel te stellen, zette ik nu bewust een haalbaar doel van 2u20’ voor mezelf. 9 kilometer per uur. Traag, maar realistisch. Na 42 minuten had ik mijn eerste ronde afgelegd en ik voelde me nog OK. Zou er dan toch 2u05-2u10 inzitten? Het antwoord kwam op de eerstvolgende helling: Nee Hans, blijf bij je oorspronkelijke doel. Tussen km 1,5 en km 4,5 van de loopronde liep het constant bergop en dat was dodelijk. Het tempo moest wat omlaag, ik had wat meer tijd nodig aan de bevoorradingen om drinken aan te nemen en me af te koelen. Maar: ik bleef goed op schema om 2u20 en zelfs 2u15 halen. Na 1u27 beĆ«indigde ik mijn 2de ronde, maar de hellingen kropen echt wel in de benen. De laatste steile helling nog oplopen bleek onmogelijk, even stappen om de benen terug zuurstof te geven was absoluut noodzakelijk. Ik had nog 48 minuten om binnen de 2u15 te blijven. En ik begon met een duidelijk plan. De eerste afdaling rustig doen, het beetje energie dat ik nog had even opsparen. Dan in de bergop zo hard ik kon zonder me dood te doen. De afdaling tussen km 4,5 en 6 zou ik al iets meer gaan doorlopen, om in de laatste km alles eruit te lopen. Dit lukte wonderwel heel goed en ik raapte zowaar nog 2 atleten op. Wat een heerlijk gevoel :-). Ik moest en ik zou de laatste steile klim helemaal tot boven lopen en volle bak finishen. Helaas besloten de verzuurde bovenbenen er op 10m van de top anders over. Toch heel even blijven staan, 10sec terug op adem komen en dan de heerlijke finish. Ik haalde uiteindelijk een looptijd van 2u14’46. Een strakke timing die uiteindelijk voor een 218de plaats overall zorgde. Even ter aarde neerstorten, even totaal crashen, maar een minuutje later kon ik weer rechtstaan en wat eten en drinken. Ik voelde me alleszins beter als na die desastreuze finish in Terheijden, waar ik echt wel een kwartier van de wereld ben geweest. Nu zat mijn jongste dochter 7 minuten na mijn finish al ijverig paard te rijden op mijn buik. En ik vond het allemaal OK.
Samenvattend is 5u52 in het halve-triatlon-milieu niet echt een tijd om dolenthousiast over te worden. Maar, zoals in mijn eerste alinea beschreven ben ik in eerst echtgenoot, papa, osteopaat en docent. En als er dan nog tijd over is, probeer ik nog wat triatleet te zijn en te trainen. Zo haal ik gemiddeld een uur of 7 per week, met uitschieters tot 10u als ik een langere fietstocht kan plannen. En met dat in het achterhoofd, ben ik best trots dat ik dit jaar al mijn tweede halve triatlon succesvol heb kunnen beƫindigen. En dat was gisteren dan nog met het gevoel dat ik er helemaal het maximum van mijn kunnen heb uitgehaald. En dan is die tijd maar bijzaak.
Voor zij die mij niet kennen, ik ben Hans. 29, getrouwd, papa van twee dochters (3 jaar en 15 maanden), osteopaat, docent en triatleet. In die volgorde (niet onbelangrijk).
Na een pijnlijke confrontatie met mijn fysieke paraatheid door mijn broers in de Sterke Peer triowedstrijd van 2013, besloot ik dat daar dringend iets aan moest gedaan worden. Sindsdien train ik onder de begeleiding van Kris en heb ik vooral plezier gevonden in het iets langere werk van de halve triatlon. Na een hele zware ervaring in Terheijden, waar de onverwachte warmte me serieus parten speelde, beslisten we samen om de halve van Eupen nog aan het programma toe te voegen.
Het ondertussen beruchte verkenningsritje waarin Kris wat Eupens asfalt verzamelde, was mijn eerste kennismaking met het fietsparcours. Volgens de ervaren rotten peanuts vergeleken met de jaren ervoor, voor mij toch echt wel zwaar genoeg. Achteraf gezien was het misschien een geluk dat onze geplande verkenning van het loopparcours door de elleboog van Kris gedwarsboomd werd. Gelukkig kon ik op zaterdag voor de wedstrijd het parcours nog een keertje fietsen en dat stemde me toch iets geruster. Zwaar zou het zeker worden, maar mits voldoende doseren zou ik het wel overleven.
Na een behoorlijke nacht in de jeugdherberg van Malmedy, een vlotte voorbereiding ter plaatse dankzij m’n twee broers/soigneurs en de nodige fijne babbeltjes met de clubgenoten mochten we het water in. Geen straf zo bleek, want rond 10u was het zonnetje al danig van de partij en dan loopt de temperatuur in zo’n wetsuit snel op. Even genieten van het knappe uitzicht op de barrage, op de tonen van The Conquest of Paradise nog een paar keer diep ademen en dan was ik vertrokken voor een kleine 6u amusement.
Ondanks een klein akkefietje met mijn zwembril halverwege ging het zwemmen me goed af. Direct een goed ritme te pakken en ruimte om te zwemmen. Na de 2de bocht van 90° kwam er een hele hoop atleten 15m links van mij te liggen, waardoor ik even in de war was over te volgen richting, maar na een keer of 3 controleren was ik toch overtuigd van mijn eigen gelijk. En terecht :-). Na 34’49 stapte ik als 132ste uit het water en mocht ik aan de korte steile klim naar de wisselzone beginnen. Na een rustige wissel met het nodige zwalpen door wat duizeligheid kon ik de fiets op om aan het stevige fietsparcours met iets meer dan 1000 hoogtemeters te beginnen. Doseren zou daarin het codewoord worden.
Ik ben er ondertussen al aan gewend dat ik door mijn redelijk zwemniveau in verhouding tot m’n fietsniveau door behoorlijk wat volk voorbij geknald wordt. Ik trek me er ondertussen niet teveel meer van aan, maar rijd m’n eigen wedstrijd. Halverwege de eerste ronde kan ik aanpikken bij een dame die (naar mijn aanvoelen op dat moment) een tempo rijdt dat ik kan volgen. Bij de tweede beklimming van het lange vals plat in het parcours werd echter duidelijk dat dat geen optie zou zijn voor de resterende 55km. Dus maar terug een eigen tempo zoeken. Ik speelde een tijd haasje-over met een rasta-atleet die net voor mij uit het water kwam en ongeveer mijn fietsniveau had, dacht eraan om voldoende te eten en begon me mentaal voor te bereiden op de laatste fietsronde, die nog stevig zou worden. Het lang stuk vals plat leek te blijven duren, recupereren op datzelfde stuk terug bergaf was ook niet echt nog een optie en de benen begonnen pijn te doen in de beklimmingen.
Na 2u57 fietsen kwam ik terug de wisselzone binnen. Er hingen al behoorlijk veel fietsen op de haak, ik had met een 213de fietstijd zo’n 50 plaatsen verloren. Voor wat het waard is… Nog snel wat ORS naar binnen spelen, en beginnen aan het laatste gedeelte. 21km lopen, 3 rondes, 310 hoogtemeters per ronde. Aangezien ik in vorige wedstrijden de fout maakte om mijn loopcapaciteiten te hoog in te schatten en een te scherpe tijd als doel te stellen, zette ik nu bewust een haalbaar doel van 2u20’ voor mezelf. 9 kilometer per uur. Traag, maar realistisch. Na 42 minuten had ik mijn eerste ronde afgelegd en ik voelde me nog OK. Zou er dan toch 2u05-2u10 inzitten? Het antwoord kwam op de eerstvolgende helling: Nee Hans, blijf bij je oorspronkelijke doel. Tussen km 1,5 en km 4,5 van de loopronde liep het constant bergop en dat was dodelijk. Het tempo moest wat omlaag, ik had wat meer tijd nodig aan de bevoorradingen om drinken aan te nemen en me af te koelen. Maar: ik bleef goed op schema om 2u20 en zelfs 2u15 halen. Na 1u27 beĆ«indigde ik mijn 2de ronde, maar de hellingen kropen echt wel in de benen. De laatste steile helling nog oplopen bleek onmogelijk, even stappen om de benen terug zuurstof te geven was absoluut noodzakelijk. Ik had nog 48 minuten om binnen de 2u15 te blijven. En ik begon met een duidelijk plan. De eerste afdaling rustig doen, het beetje energie dat ik nog had even opsparen. Dan in de bergop zo hard ik kon zonder me dood te doen. De afdaling tussen km 4,5 en 6 zou ik al iets meer gaan doorlopen, om in de laatste km alles eruit te lopen. Dit lukte wonderwel heel goed en ik raapte zowaar nog 2 atleten op. Wat een heerlijk gevoel :-). Ik moest en ik zou de laatste steile klim helemaal tot boven lopen en volle bak finishen. Helaas besloten de verzuurde bovenbenen er op 10m van de top anders over. Toch heel even blijven staan, 10sec terug op adem komen en dan de heerlijke finish. Ik haalde uiteindelijk een looptijd van 2u14’46. Een strakke timing die uiteindelijk voor een 218de plaats overall zorgde. Even ter aarde neerstorten, even totaal crashen, maar een minuutje later kon ik weer rechtstaan en wat eten en drinken. Ik voelde me alleszins beter als na die desastreuze finish in Terheijden, waar ik echt wel een kwartier van de wereld ben geweest. Nu zat mijn jongste dochter 7 minuten na mijn finish al ijverig paard te rijden op mijn buik. En ik vond het allemaal OK.
Samenvattend is 5u52 in het halve-triatlon-milieu niet echt een tijd om dolenthousiast over te worden. Maar, zoals in mijn eerste alinea beschreven ben ik in eerst echtgenoot, papa, osteopaat en docent. En als er dan nog tijd over is, probeer ik nog wat triatleet te zijn en te trainen. Zo haal ik gemiddeld een uur of 7 per week, met uitschieters tot 10u als ik een langere fietstocht kan plannen. En met dat in het achterhoofd, ben ik best trots dat ik dit jaar al mijn tweede halve triatlon succesvol heb kunnen beƫindigen. En dat was gisteren dan nog met het gevoel dat ik er helemaal het maximum van mijn kunnen heb uitgehaald. En dan is die tijd maar bijzaak.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten